• Maand van het gebit; veel eigenaren hebben geen idee
Leestijd
3 minuten
Tot nu toe gelezen

Maand van het gebit; veel eigenaren hebben geen idee

Wed, 02/05/2020 - 18:27

De maand februari staat bij de meeste dierenartsenpraktijken in het teken van gebitsverzorging. Met de “maand van de gebitsverzorging” sluiten veel praktijken zich aan met extra aandacht voor het onderwerp, inclusief gebitsbehandelingen met korting (of zelfs gratis) en veel informatie voor honden- en katteneigenaren.

Voor de campagne van 2020 hebben zich inmiddels meer dan 800 dierenartsklinieken in Nederland aangemeld. Wie weet ook jouw vaste praktijk, en heb je al een mail van de ontvangen hierover. De jaarlijks terugkerende campagne wordt altijd groots opgezet, er is even extra aandacht voor het gebit van huisdieren. Het initiatief is overigens afkomstig van Pedigree, producent van onder andere kauwproducten voor honden. Volgens hun gegevens kampt 8 op de 10 honden van 3 jaar of ouder met gebitsproblemen en is het daarmee het meest voorkomende gezondheidsprobleem onder honden. Het bedrijf zet dan ook veel in op de jaarlijkse campagne, die naar eigen zeggen “één van de meest ambitieuze ooit” is. Ze voorzien dierenartsenpraktijken van informatiefolders, weggevertjes en organiseren dit jaar een symposium over het onderwerp voor professionals.

Dierenartsen laten inderdaad weten dat gebitsproblemen één van de meest vookomende kwalen zijn die ze tegenkomen in de praktijk. Dit is al sinds jaar en dag een feit. Waar mensen vaak kiezen voor een periodieke controle, is dit voor honden nog niet erg ingeburgerd. Voor hen geldt ook nog eens dat hun “huisarts” tegelijk ook dient als tandarts, eerstelijns dierenartsen vervullen beide taken. Pas bij ernstige problemen of acute schade komt een hond vaak terecht bij een specialist. Of een periodieke gebitscontrole inderdaad zo hard nodig is als Pedigree beweert, is moeilijk in te schatten. Net als bij mensen is de één kwetsbaarder voor gebitsproblemen dan de ander. Sommige rassen (en kruisingen hiervan) hebben een vergroot risico op de vorming van tandplaque en de gevolgen ervan. Zo is bekend dat tandproblemen relatief vaak voorkomen bij kleine gezelschapshonden. Ook de meeste naakthondenrassen zijn bekend met gebitsproblemen. Het “naaktgen” bij deze honden, het FOXI3-gen, is namelijk ook verantwoordelijk voor een abnormale ontwikkeling van de tanden. Daarom missen volwassen naakthonden vaak meerdere gebitselementen, en de tanden die er zitten kunnen zich afwijkend ontwikkelen.

Of je hond zich nu in een risicogroep bevindt of niet, het is altijd goed om te weten of er gebitsproblemen zijn. Tandplaque is goed zichtbaar als een geel/bruine aanslag op de tanden. Geïrriteerd of snel bloedend tandvlees kan ook een indicatie zijn van gebitsproblemen. En bij ernstige klachten kan een ontsteking vormen die als een bult bij de kaak/wang openbaart en zal de hond moeite hebben met eten. Maar het doel van de campagne van Pedigree is nou juist om mensen er alert op te maken zodat ze dit stadium voor zijn. Nog te vaak zien dierenartsen dat mensen pas een afspraak maken voor hun hond als de gebitsproblemen al veel pijn en ongemak veroorzaken.

Duidelijk is wel dat veel huisdiereigenaren geen weet hebben van mogelijke gebitsproblemen bij hun hond. Daarom is het, naast deze periodieke check in februari, nooit verkeerd om zelf het gebit van de hond te kunnen controleren. Want ook dit kan een issue zijn. Een hond die dit niet gewend is zal niet als vanzelfsprekend z’n gebit laten bepotelen door de eigenaren of een dierenarts. Als er al gebitsproblemen zijn zal dit gepaard gaan met pijn, waardoor het voor de hond een nog negatievere ervaring is. Het is daarom aan te raden om een hond, elke hond, te laten wennen aan het tonen van het gebit door de eigenaar. En dit is relatief makkelijk aan te leren! Daarom hier een kort stappenplan. Deze oefeningen worden het best aangeleerd met het belonen van positief gedrag, bijvoorbeeld met wat lekkers. Het doel is dat de hond elke afzonderlijke stap accepteert zonder tegenstribbelen voordat men verder gaat met de volgende stap.

1: Maak van je hand een kommetje en leer je hond aan om z’n voorsnuit daar rustig in te leggen. Eerst een seconde, daarna steeds langer.

2: Aai vervolgens met één of twee vingers van je andere hand rustig over de neusrug van de hond. Als dit goed gaat kun je ook eens over de lippen en wangen wrijven.

3: Tijdens het aaien gebruik je nu je duim om de bovenlip aan één kant voor een seconde op te tillen. Je hoeft nog niets van het gebit te kunnen zien, de hond moet alleen wennen aan de handeling.

4: Vergroot de tijd dat je de lip optilt en verschuif je vingers zodat je meer zicht krijgt op de tanden. Let op: De hand die nog op de neusrug rust kan het best plat liggen zodat je de hond niet z’n zicht ontneemt.

5: Met je andere hand kun je nu assisteren door tegelijkertijd ook de onderlip iets te bewegen zodat de ondertanden zichtbaar worden. Leer de hond aan dat je op deze manier alle tanden en kiezen kunt bekijken, ook de achterste kiezen!

Tip: als je hond toch tegenstribbelt ben je te snel naar de volgende stap gegaan. Doe dan weer even een stap terug en herhaal deze een aantal keer voordat je een nieuwe poging doet. Je wil er geen worsteling van maken, maar een hond die het vol vertrouwen accepteert. Mocht dit nog niet helemaal lukken, dan is februari de maand om een bij de actie aangesloten dierenarts te vragen om eens mee te kijken! Een lijst met deelnemende dierenartsen vind je op: www.maandvandegebitsverzorging.nl