• De vergeten helden van D-Day
Leestijd
3 minuten
Tot nu toe gelezen

De vergeten helden van D-Day

Thu, 06/06/2019 - 17:22

Vijfenzeventig jaar geleden, op de dag af, begon D-Day, de dag waarop de geallieerde troepen landden op de stranden van Normandië en uiteindelijk Europa bevrijden van het Duitse NAZI-juk. Ook jongere generaties, die D-Day zelf niet hebben meegemaakt, kennen van films als The Longest Day, de beelden van opoffering, massale landingen etc.

De beelden van menselijk strijden en opoffering kenen we, maar dat ook honden een rol speelden bij deze grootste invasie uit de geschiedenis, is minder bekend. Toch waren honden (en duiven) een vitaal onderdeel van D-Day en de daaropvolgende strijd. Duiven droegen cruciale informatie als radioapparatuur onbetrouwbaar was, vooral tijdens zware gevechten. Het was ook een postduif die als eerste het nieuws over de D-Day-landingen naar Groot-Brittannië bracht.

En ook honden werden gebruikt in de oorlogsinspanning. Ze waren getraind om explosieven en bommen op te sporen, om te waarschuwen voor vijanden en de honden werden ook gebruikt om het moreel van de troepen te verhogen. Ze werden zelfs getraind om te parachutespringen, wat een groot aantal honden tijdens de D-Day landingen deed.

De Britten waren daar al eerder mee begonnen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog begon het 13e (Lancashire) Parachute Battalion een experiment waarbij D-Day als doel in de toekomst lag: honden in hun gelederen. De zogenaamde "paradogs" (afkorting van "parachutespringende honden") werden specifiek opgeleid om taken uit te voeren zoals het lokaliseren van mijnen, het in de gaten houden en waarschuwen over vijanden. Als bijbaantje dienden ze ook als een soort mascotte voor de “tweebenige” troepen. Schrijver Andrew Woolhouse deed onderzoek naar de rol van honden in het Britse leger.  Enkele jaren geleden verscheen zijn verhaal in het boek "13 - Lucky for Some: The History of the 13th (Lancashire) Parachute Battalion.

Daarin wordt het verhaal verteld van Seargeant Ken Bailey die de opdracht had gekregen om de "War Dog Training School" in Hertfordshire te leiden. In 1941 had het Britse Ministerie van Oorlog radio-oproepen gedaan voor hondenbezitters om hun huisdieren uit te lenen aan het leger, om te helpen in de oorlog. Dit leidde tot de eerste lichting dieren op de trainingsschool - hoewel het grote aantal mensen dat probeerde om hun honden kwijt te raken tijdens de oorlog al snel ervoor zorgde dat het meer aan asiel werd. De Engelsen waren bang dat hun honden zouden lijden onder schaarste aan voedsel (iets wat in Engeland eigenlijk uiteindelijk niet is gebeurd) en dumpten dus vrij massaal hun hond. In “Dogzine” van vorig jaar staat meer over honden in de oorlog, ook in Engeland en Nederland. (deel 1 en 2)

Bing na de oorlog
Bing na de oorlog weer thuis

Een van die honden was Brian (een mix van Alsatian (de Duitse herder uit de Elzas zeg maar) en Collie van 2 jaar), ook bekend als Bing, die zich bij de Army War Dog Training School aansloot nadat de Fetch-familie uit Loughborough hem nier langer kon voeden uit hun rantsoen. Na zijn opleiding werd hij geposteerd bij het 13e Lancashire Parachute Battalion en voltooide hij een training van twee weken met de verkenner- en sluipschutterseenheid.

graf bing

Tijdens zijn carrière voltooide hij zeven parachutesprongen. Toen de D-Day-landingen begonnen, werd Brian bij Ranville per parachute naar de grond gestuurd, met de bedoeling in de stad te landen. Hij kwam echter vast te zitten in een boom op zijn weg naar beneden, waarbij hij zijn mond en kop verwondde. Zijn collega parachutist, Sgt Ken Bailey sneed Brian ondanks aanhoudende kogels die rond zijn hoofd floten uit de boom en het paar vocht een aantal maanden samen in Frankrijk.

Brian nam later ook deel aan Operatie Varsity, de grote luchtlandingsoperatie in Duitsland  op 24 maart 1945, en bleef in het bezette Duitsland in actieve dienst. Uiteindelijk werd hij herenigd met zijn gezin. Hij ontving de speciale medaille voor oorlogshelden-dieren, de Dickin-medaille, op 29 maart 1947, met het citaat: 'Voor uitstekend patrouillewerk en kwalificerend als paratroeper, Airborne Division, Normandië, juni 1944.'

Deze medaille is sinds 1943 71 keer verleend, plus één eremedaille die werd toegekend in 2014. 34 honden, 32 duiven, vier paarden en een kat werden ermee onderscheiden.

Naast Brian, nu Bing genoemd, traine Bailey nog twee andere honden: Monty en Ranec, beide Alsatians).  Ranec was de enige parachutespringende teef in de oorlog. Met deze twee liep het helaas minder goed af, Monty raakte op D-Day zelf ernstig gewond, en Ranec werd enkele dagen later in Frankrijk gescheiden van haar begeleider, en werd nooit meer gezien.

Bing/Brian overleed uiteindelijk in 1955. Toen hij stierf, werd de voormalige paradog begraven op een erebegraafplaats voor dieren ten noordoosten van Londen. Een levensechte replica van deze vierbenige held staat in het Parachute Regiment en Airborne Forces Museum in Duxford. Hij wordt natuurlijk getoond met zijn parachute en naast zijn eremedaille, waarop de woorden "For Gallantry" en "We Also Serve."

brian in museum

Begin november 2020 verschijnt bij Dogzine het boek "Bomhond, showhond of poulet" over de rol van honden en de kynologie in de tweede wereldoorlog.

Wilt u op de hoogte blijven over wanneer u meer kunt lezen over dit boek, schrijf u dan in op de alert-lijst.