• Fokken met kortsnuitige honden – de stand van zaken
  • Fokken met kortsnuitige honden – de stand van zaken
  • Fokken met kortsnuitige honden – de stand van zaken

Fokken met kortsnuitige honden – de stand van zaken

Leestijd
3 minuten
Tot nu toe gelezen

Fokken met kortsnuitige honden – de stand van zaken

vr, 11/01/2019 - 17:00

De Raad van Beheer hield twee informatieavonden om de laatste stand van zaken omtrent het fokken met kortsnuitige honden weer te geven. De eerste avond was op 21 oktober, de tweede op 29 oktober. Die update was nodig omdat er nog steeds veel onrust is.  En los daarvan is de actieve handhaving begonnen, iets dat de gemoederen ook danig bezighoudt.

Op de avonden werd allereerst een kort overzicht gegeven van wat er sinds 2014 gebeurd is. 2014 is het jaar waarin het Besluit houden van dieren van kracht werd en dus ook het inmiddels beruchte artikel dat verwijst naar het fokken met dieren met afwijkingen .

Naar aanleiding van die wetgeving werd er aan handhaving gewerkt. Overleggen volgden met diverse instanties en wetenschappelijke instituten. Het is de Raad meermalen verweten dat zij bij die overleggen niet aan tafel zaten. Een begrijpelijk maar onterecht verwijt: de Raad van Beheer is een betrokken partij en dergelijk beleid dient onafhankelijk te worden opgesteld. De Raad kon en mocht daar dus niet bij aanwezig zijn.

Het beleid is dus gemaakt en de handhaving is gestart. Daar is een budget voor beschikbaar gesteld van 1.6 miljoen. Dat lijkt veel maar in de praktijk is dat een heel beperkt aantal mensen om zich met deze handhaving bezig te houden.
het beleid dat door (de medewerkers van) de minister is opgesteld is gericht op met name die ene regel uit de wetgeving, waarin staat dat het verboden is te fokken met: “dieren die beschikken over een bepaalde aandoening die, of een uiterlijk kenmerk dat, de gezondheid of het welzijn van het dier of de nakomelingen van het dier kan aantasten”.
Het beleid dat erop gemaakt werd is vooral gericht op uiterlijke zaken, die uiteraard wel gekoppeld werden aan wetenschappelijk onderzoek. De Raad meent echter dat er zaken missen in die onderzoeken. Die mening zijn diverse wetenschappers ook toegedaan.

Uiteraard heeft de raad van Beheer wel met de minister om tafel gezeten, om te bespreken hoe er verder gegaan moet worden. Het beleid van de minister is van toepassing op alle honden en dat wil dus ook zeggen alle honden zonder stamboom. Maar de Raad stelt heet duidelijk dat er binnen het stamboek anders gefokt wordt. Dat is uiteraard ook het geval: men volgt de standaard en verzandt helaas met regelmaat in overdrijving wat die standaard betreft.

Na de gesprekken met de minister verzocht zij de Raad van Beheer om met een fokbegeleidingsplan te komen, een plan dat de Raad ook heeft opgesteld en ingediend.

 In dat plan gaat men grotendeels mee in wat de voorstellen vanuit de diverse instituten waren. Waar men niet in meegaat in de strikte regels over de snuitlengte. Het lijkt namelijk zo te zijn dat wanneer aan alle andere criteria qua gezondheid is voldaan (neusplooi, ademhaling, grootte neusgaten, zichtbaarheid oogwit en ooglidreflex), de neuslengte niet specifiek van belang is. Met andere woorden: als de dieren aan alle criteria voldoen is die neuslengte in orde. Ten eerste is er bij andere juiste criteria geen extreem korte neus en ten tweede is er dan ook bij een wat kortere neus geen sprake van belemmering van het welzijn. Men benadrukte wel dat dit betekent dat honden dus wel aan alle andere criteria moeten voldoen.

In het plan van de Raad staan nog wat extra aandachtspunten waarvoor men een aantal dierenartsen wil aanwijzen die zich bij dit project betrokken voelen. Het gaat dan om de aanvullende zaken body condition score, conditie test en nek- en borstomvang.

normen raad

Verder wil men een omslag in mentaliteit bewerkstelligen waardoor dierenartsen zich meer zullen richten op het stimuleren van natuurlijke geboortes in plaats van op voorhand al afspraken te maken voor een keizersnede en hoopt men ook dat dierenartsen terughoudender zullen worden wat betreft alle kunstmatige ingrepen omtrent de bevruchting.

De algemene gedachte is dat er geen stambomen zouden moeten worden afgegeven aan dieren die niet aan de criteria voldoen, maar helaas is dat niet zo eenvoudig. Zoiets zomaar besluiten is in strijd met internationale wetgeving en de Raad van Beheer heeft in die zin een leveringsplicht als dieren aan de gestelde eisen voldoen. En voorlopig zijn die eisen heel simpel: ouders met stamboom geven pups met stamboom.
Wel biedt de Raad een convenant aan om zaken gerichter in banen te kunnen gaan leiden. In eerste instantie gaat dat dan om de zogenaamde “rode rassen”,  de rassen dus die momenteel al buiten de wettelijke norm vallen van de “Cranio Faciale Ratio kleiner dan 0.3” vallen. Om daarbinnen te vallen moet uiteraard wel aan de overige eisen worden voldaan. De rassen waar als eerste op gemikt zal gaan worden voor een convenant zijn:

 

  • Affenpinscher
  • Boston Terriër
  • Engelse Bulldog
  • Franse Bulldog
  • Griffon Belge
  • Griffon Bruxellois
  • Petit Brabançon
  • Japanse Spaniel
  • King Charles Spaniel
  • Mopshond
  • Pekingees
  • Shih Tzu

Voorlopig worden er dus nog gewoon stambomen afgegeven tot er meer bekend is vanuit het ministerie. Een convenant zou hierin een goede eerste stap zijn voor de kortsnuitrassen om zich te onderscheiden van de dieren die buiten dergelijke normen gefokt worden.

Er wordt verder nog gewerkt aan maatregelen tegen overdrijving binnen het Standard committee, de commissie binnen de FCI die gaat over de rasstandaarden. Want die rasstandaarden zijn de eerste stap. Fokkers maar ook keurmeesters zitten hier in een spagaat als zij volgens de standaard willen fokken en/of keuren terwijl die standaarden zaken vereisen die tegen de wet zijn.
Er is dus nog een hoop werk te doen.

Voorlopig is het wachten op wat het ministerie zal zeggen betreffende het Fokbegeleidingsplan. En inmiddels gaan de controles van de NVWA gewoon door. Nog even geduld dus voor we weten hoe we met deze rassen verder kunnen.

dossier